Gastvrijheid is al jaren het fenomeen dat mij erg boeit.

Ik vraag me af over wie we het hebben wanneer we denken aan gastvrijheid.
In eerste instantie denkt men aan de gast die vrij is. Dat zit in het woord opgesloten. De vraag die dat bij mij echter oproept is: waarin of waartoe is de gast vrij? En wat mag de gast van mij als gastheer verwachten?
Bepaal ik dat zelf of bepaalt de gast dat?

Een praktijkvoorbeeld:

Bij aankomst op de camping worden we in de receptie ontvangen door de eigenaresse.
Vriendelijk en resoluut heet zegt ze ons gedag om direct daarna de regels op de camping aan ons te melden. Zowel op papier als in woord en gebaar. Voor we het weten hebben we vier A4tjes met instructies en regels in handen.
Het woord ‘welkom’ hebben we haar niet horen gebruiken.
Wie was in dit – waargebeurde – voorbeeld nu gastvrij?

De eigenaresse voelde zich vrij om haar gasten eerst haar instructies voor te leggen voordat ze ons de richting wees naar onze kampeerplek.
Wij als gasten voelden ons allesbehalve vrij en volgden haar in het opgelegde keurslijf.
E.e.a. staat overigens in schril contrast met de boodschap die de website van de camping uitstraalt.

Nog een voorbeeld:

We maken een lekkere wandeling in coronatijd en komen een uitspanning tegen met een buitenbar. We bestellen bij de barjuffrouw twee koffie. Haar reactie is als volgt:
Of ik maar de QR-code wilde laden in mijn mobieltje, in de menukaart op mijn scherm de koffie wilde selecteren en vervolgens met mijn bank-app wilde betalen. Daarna zou zij pas naar binnenlopen het bonnetje pakken en de bestelling gaan maken. O ja, wanneer het me niet zou lukken met de QR-code zou ze me wel even helpen met de telefoon.
Is hier sprake van gastvrijheid?

Beide voorbeelden tonen aan dat niet de gast centraal staat in de bejegening maar het systeem waarbinnen gewerkt wordt.
Het doet mij weer denken aan het klassieke voorbeeld van dat de serveerster die geen tosti zonder kaas kan bieden omdat het niet in de kassa staat.

Kijk eens om je heen en het zal je opvallen dat onze wereld wordt geregeerd door systemen.
Denk aan de zorgverzekeringen, de belastingdienst en haar ‘zorg’toeslagen, enz.

Gelukkig zijn er ook uitzonderingen zoals het volgende voorbeeld illustreert:

Vijftien kilometer van de eerdergenoemde camping komen we de volgende dag aan op een andere natuurcamping. Op de receptie hangt een papier met een tekst die begint met: Welkom.

We worden uitgenodigd om, als de receptie dicht is, alvast een plekje te zoeken en ons te installeren. Inschrijven kon ook later. De eigenaar schreef dat hij ervan uitging dat we rekening zouden houden met de mede-kampeerders qua afstand en geluid en vroeg of we ons wilden realiseren dat de ondergrond drassig kon zijn en dus niet te veel heen en weer zouden rijden.
Deze houding, ingegeven door vertrouwen, hebben we de rest van onze dagen op de camping doorlopend ervaren. Aan de bar in het eetcafé, in gesprek met de medewerkers en in alle teksten in het sanitair en de receptie.

We voelden ons echt welkom en vrij als gast omdat de gehele organisatie erop ingesteld was om ons welkom te doen voelen.
De geldende regels waren vanzelfsprekend doordat ze niet dwingend opgelegd werden.

Steeds meer laten we ons leven bepalen door systemen. Systemen die in beginsel bedoeld zijn om zaken goed te organiseren maar vervolgens leidend worden voor onze omgangsvormen.
Over gastvrijheid gesproken.